Colombia, een fruitparadijs te midden van een culinaire revolutie

NUGGETVRIENDELIJK FRUIT 5/6. Colombia is als een uitgestrekte Hof van Eden, met meer dan 2500 fruitsoorten die er groeien. Sinds het einde van het gewapende conflict in 2016 hebben producenten, consumenten en restauranthouders dit rijke erfgoed herontdekt, wat een explosie aan culinaire hoogstandjes teweeg heeft gebracht, meldt het Spaanse weekblad El País Semanal.
Tot 1863 was Colombia een exotische vrucht. Drie eeuwen lang was het afwisselend een koninkrijk, een onderkoninkrijk en een republiek van Nieuw-Granada, [zo genoemd door de Spaanse conquistadores] ter ere van de Andalusische stad en de doornige struik die een rode vrucht voortbrengt vol sappige, zoete zaden.
Víctor Beltrán, een autodidact die opgroeide vlakbij de botanische tuin [in de hoofdstad Bogota] en aandachtig luisterde naar de uitleg van zijn moeder, die biologe was, toont een munt met een granaatappel in reliëf, een munt die de Bank van de Republiek sloeg ter herdenking van de 200e verjaardag van de onafhankelijkheid [op 20 juli 2010].
Toen de granaatappel zich losmaakte van de metropool, verruilde het land de naam van een vrucht voor die van een zeevaarder [Christoffel Columbus]. "De granaatappel komt hier niet vandaan", legt Beltrán uit. "Hij komt oorspronkelijk uit wat nu Iran is. In Colombia wordt de plant minder hoog en wordt hij gebruikt voor medicinale doeleinden, in infusies en tegen maagpijn."
De Paloquemao-markt in Bogota is een natuurlijke apotheek en een gigantische voorraadkast. Je vindt er fruit uit de Amazone [in het zuiden], de Sierra Nevada de Santa Marta [in het noorden], de Andes [in het westen] en de páramo's [een gebied met hoogvlakten].
Courrier International