Zaak Ben Barka: zestig jaar na zijn verdwijning gaat het onderzoek door

Bachir Ben Barka werd donderdag twee uur lang verhoord door de nieuwe rechter die verantwoordelijk is voor het onderzoek dat in Parijs wordt uitgevoerd. Het onderzoek loopt al sinds 1975 en wordt gezien als het oudste in Frankrijk.

AFP
"We vinden dat deze magistraat echt betrokken is. Ze heeft zich een jaar lang in de zaak verdiept en wil nu onderzoek doen", vertelde Bachir Ben Barka aan AFP na de hoorzitting, waar hij als burgerlijke partij verscheen.
"Het verstrijken van de tijd moedigt aan om stukken in een nieuw licht te herlezen", aldus de man die in 1975 voor het eerst en in 2019 voor het laatst door een rechter werd gehoord.
De zaak Ben Barka blijft nog steeds een raadsel, zestig jaar na zijn ontvoering. Hoe is deze grote onafhankelijkheidsstrijder gestorven? Waar is zijn lichaam?
Mehdi Ben Barka, een vooraanstaand figuur in de antikolonialistische beweging en tegenstander van koning Hassan II, werd op 29 oktober 1965 ontvoerd voor de Lipp-brasserie in Parijs. De 45-jarige Ben Barka werd bij verstek ter dood veroordeeld door de Marokkaanse rechtbank en keerde nooit meer terug.
Een eerste proces in 1967 had al vastgesteld dat de ontvoering was gepland door de Marokkaanse geheime dienst, met medewerking van de Franse politie en criminelen. Maar de zaak was nog niet volledig opgelost.
"Het is bewezen dat Israëlische diensten betrokken waren bij de verdwijning en dat de Franse en Amerikaanse diensten hiervan vooraf op de hoogte waren", stelt Bachir Ben Barka.
"Het cynisme van de Marokkaanse en Franse autoriteiten, die tijd rekken, maakt me vooral boos", benadrukt hij. Bachir Ben Barka hekelt de internationale rogatoire commissies aan Marokko "zonder reactie". Of zelfs de "schijnvertoning" die volgens hem door de Franse staat werd opgevoerd toen de regering de vrijgave van meer dan 80 documenten aankondigde... terwijl ze "al in het dossier zaten". "Ik denk dat ze wachten tot alle getuigen dood zijn", klaagde hij.
ArrestatiebevelenWat de verdachten betreft, zijn van de vijf arrestatiebevelen die in 2007 door een Parijse onderzoeksrechter zijn uitgevaardigd, er nog maar ‘twee’ geldig (het bevel gericht tegen generaal Hosni Benslimane, hoofd van de Koninklijke Gendarmerie ten tijde van de feiten, en het bevel gericht tegen Miloud Tounsi, alias Larbi Chtouki, een vermoedelijk lid van het commando), omdat ‘de andere drie personen overleden zijn’.
SudOuest