Cliënten van deze zorgorganisatie leven in een ‘mini-maatschappij’ met moestuin en trapveldje. Maar hun zorg staat financieel onder druk
%2Fs3%2Fstatic.nrc.nl%2Fimages%2Fgn4%2Fstripped%2Fdata128542053-313b41.jpg&w=1280&q=100)
Vlak bij het hok van de geiten vliegt een man door de lucht. Hij heeft de schommel zo veel snelheid meegegeven dat de stalen kabels na elke zwaai een horizontale lijn vormen en vervolgens slap komen te hangen als de man heel even, minder dan een seconde, stil lijkt te hangen in de lucht. Tijdens de achterwaartse beweging is zijn blik gericht op de schemerende lucht.
De schommelaar lijkt zo vrij als een vogel, maar is dat niet. „Overal op het terrein hangen camera’s”, vertelt Betty, die vanwege privacyredenen niet met achternaam in de krant wil. „Blinde vlekken zijn er nauwelijks. We weten altijd wie waar loopt.”
Betty werkt al twintig jaar op de locatie van zorgorganisatie Trajectum in Boschoord, aan de rand van het bosrijke natuurgebied Drents-Friese Wold, de laatste jaren als capaciteitsmanager. Op dit terrein wonen in een verzameling lage gebouwen zo’n 220 cliënten. Allemaal hebben ze een verstandelijke beperking en de meesten (ongeveer 120 mensen) zijn ook, zoals het heet, ‘forensisch’: ze zitten hier omdat een rechter hun vanwege een misdrijf bijvoorbeeld tbs of een andere forensische maatregel heeft opgelegd.
Trajectum is de enige instelling in Nederland waar uitsluitend cliënten met het zwaarst mogelijke zorgprofiel zitten: VG7, voor mensen die zeer intensieve begeleiding en behandeling nodig hebben. Ze hebben een sterke gedragsstoornis en een lichte of ernstige verstandelijke beperking. Trajectum behandelt alleen mensen die complexe zorg behoeven.
VG7-zorg is zo’n beetje de duurste zorgvorm. Deze mensen hebben veelal minimaal een-op-eenbegeleiding. Op 220 cliënten werken ongeveer 600 mensen in Boschoord – inclusief koks, portiers en administratief medewerkers. De gemiddelde verblijfsduur in Boschoord is zeker acht jaar.
:format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542077-23f889.jpg|https://images.nrc.nl/9qLOjk8x_Mrdxr_zey5r-plnJtA=/1920x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542077-23f889.jpg|https://images.nrc.nl/jR5kisdkR1d3vAEk_x8nvqiWlfs=/5760x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542077-23f889.jpg)
Omdat de vergoedingen van de verzekeraar in de regel niet toereikend zijn, maken instellingen verlies op deze vorm van zorg. Dat brengt de toegang tot zorg voor deze groep in gevaar, bracht onderzoekscollectief Spit vorige maand in samenwerking met Trouw en De Groene Amsterdammer aan het licht. Instellingen zijn vanwege de zware financiële last terughoudend met nieuwe opnames van mensen met een VG7-indicatie, waardoor de doorstroom stokt en de wachtlijsten groeien. Sommige organisaties zouden zelfs de bestaande zorg opzeggen, terwijl dat slechts onder zeer strikte voorwaarden is toegestaan.
De cliënten van Trajectum in Boschoord, vertelt Betty, zijn in hun sociaal-emotionele ontwikkeling vaak niet verder dan een vierjarige peuter. Maar ze zitten in volwassen lijven en zullen uiteindelijk weer een plekje moeten vinden in de maatschappij. Zo hebben de VVD-kabinetten onder Mark Rutte, die onder het mom van de ‘participatiesamenleving’ op de zorg bezuinigden, dat bedacht.
De ontwikkelingsachterstand, die volgens Betty voor „99 procent” van de cliënten is toe te schrijven aan een ellendige jeugd, maakte sommigen een makkelijke prooi voor criminele bendes. „Ze zijn vaak op een plek geboren waar weinig liefde en verzorging waren. Dat stapelt zich op: van ellende komt nog meer ellende. Het kon eigenlijk niet goed gaan.”
Mensen met een verstandelijke beperking worden regelmatig ingezet als drugskoerier, of worden eropuit gestuurd om iemand in elkaar te slaan. Als de missie is volbracht en ze daar complimentjes voor krijgen, hebben ze een goed gevoel. De Wit: „Veel van onze cliënten komen niet uit een goed nest. Ze hebben veel over voor wat positieve aandacht.”
:format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542107-f7ea75.jpg|https://images.nrc.nl/F5QjcWcHjEuYu91opxsUs3tk4VM=/1920x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542107-f7ea75.jpg|https://images.nrc.nl/CojssU_b36t7Z0nQiWKMn6ZQDlY=/5760x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542107-f7ea75.jpg)
Even na vijf uur ’s middags duwt een begeleider buiten een trolley met daarop een grote roestvrijstalen pan richting de eetzaal. Naast hem lopen twee cliënten met een geel koffertje. Wie alleen in zijn kamer wil eten, zonder al te veel prikkels, krijgt zijn avondeten in zo’n koffer. De rest eet samen uit de grote pan.
De cliënten weten nog niet wat er in de koffertjes zit. „Ik hoop wat lekkers”, zegt de man, nadat de trolley tot stilstand is gekomen. De vrouw hoopt op kip, mompelt ze. Ze tuurt naar haar voeten. „Of patat”, zegt de man. „Ik hou niet van groente.”
De vrouw heeft geen zin meer om haar koffer zelf te dragen en zet hem op de kar. „Dit duurt te lang hè”, zegt de begeleider tegen haar. „We gaan nu.” Betty verontschuldigt zich voor het oponthoud. „Nee maakt niet úúúít!”, zegt de man. „Dóééééí hoor.” En de trolley begint weer te rollen.
Ik heb nog op een afdeling gewerkt waar op zestig cliënten tien isolatiekamers waren, die altijd vol zaten
Trajectum-bestuurder Dick de Wit heeft decennialange ervaring in de zorgsector en zit ook in het bestuur van de brancheclub Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN). Gezeten aan een grote vergadertafel vraagt hij zich af of het participatie-evangelie wel op zijn cliënten toepasbaar is. „Een deel voelt zich helemaal niet prettig in de samenleving, die zijn veel beter op hun plek in de mini-maatschappij hier, waar ze zich begrepen voelen.” Het is goed om in te zetten op participatie, vindt hij, „maar dan moet diegene dat wel zelf kunnen en willen”. Anderzijds snapt hij ook wel dat het om maatschappelijk geld gaat en dat de intensieve zorg die Trajectum biedt wel heel duur is. Zorg dreigt onbetaalbaar te worden, weet hij, en de politiek moet harde keuzes maken.
In Boschoord heeft een groot deel cliënten traumatherapie nodig, „op heel laag niveau”. Sommigen krijgen ook psychomotorische therapie. Dat kan soms pijnlijk duidelijk maken hoezeer een cliënt vervreemd is van het eigen lichaam, vertelt De Wit. Cliënten krijgen bijvoorbeeld de opdracht om op een muur af te lopen en pas te stoppen als ‘stop’ wordt gezegd. Sommigen lopen dan gewoon tegen de muur aan. De Wit laat een korte pauze vallen. „Die zijn zo afhankelijk van externe input. Zij moeten nog helemaal leren herkennen waar hun grenzen liggen en hoe ze die aangeven. Dat vergt veel tijd.”
:format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542170-27ffbd.jpg|https://images.nrc.nl/2qd5sGRL8P37Mi7RoYM-bQRhlT0=/1920x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542170-27ffbd.jpg|https://images.nrc.nl/PI3k0aujLocYw-xh_AIv4p25t_E=/5760x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542170-27ffbd.jpg)
Dat de vergoedingen niet toereikend zijn, is één van de redenen waarom de gehandicaptenzorg financieel onder druk staat. De Russische invasie in Oekraïne in 2022 was een belangrijk keerpunt. Alles werd duurder en de lonen moesten de inflatie bijhouden, terwijl de vergoedingen vanuit het Rijk slechts beperkt meestegen. Dat betekende dat instellingen als Trajectum de verbeterde cao’s deels uit eigen zak moesten betalen. Ook het grote tekort aan personeel speelt een rol: instellingen zijn gedwongen om met zzp’ers te werken. Daar zijn ze gemiddeld meer aan kwijt dan aan vaste krachten.
Om toch zwarte cijfers te kunnen schrijven, zijn veel organisaties in de gehandicaptenzorg genoodzaakt de zogeheten normatieve huisvestingscomponent (nhc) aan te wenden. Dat is een bijdrage van het Rijk die eigenlijk is bedoeld voor onderhoud aan gebouwen.
Trajectum doet dat ook al jaren, vertelt bestuurder De Wit. „De zorg moet overeind blijven, dat zijn we verplicht, dus dan ga je je huis maar minder onderhouden. Niet meer schilderen, bijvoorbeeld. Ik kan wel mooie gebouwen hebben, maar als je de zorg niet meer kan leveren… Ik heb liever een slecht gebouw waar ik die goede zorg wel kan leveren.”
Onlangs was er lekkage in een van de gebouwen. Gevolg van achterstallig onderhoud, zul je net zien.
Eerst vond hun begeleider het ‘doodeng’, maar cliënten mogen zelfs de stoere cirkelzagen gebruiken
Volgens het rapport Donkere Wolken van de VGN schreven in 2022 zeker elf instellingen in de gehandicaptenzorg rode cijfers. Dit jaar zal een kwart van het totaal verlies maken, voorspelde de VGN in 2023. Bij Trajectum gaat het nog wel: afgelopen tien jaar behaalde het telkens een positief resultaat. Bovendien dwong de instelling onlangs hogere vergoedingen voor de zorg af bij de verzekeraar, waardoor de komende jaren weer ruimte is om te investeren. Dat was zonder de uitzonderlijke positie van Trajectum in het zorgveld nooit gelukt, benadrukt De Wit.
Komende tien jaar zijn investeringen van 100 miljoen euro nodig om de verouderde gebouwen weer op orde te krijgen. Idealiter zouden alle cliënten een eigen wc en douche op de kamer krijgen, bijvoorbeeld. Nu moeten ze die delen. „Dat was vroeger heel normaal”, zegt De Wit, „nu niet meer.” Het is niet wenselijk dat mannen en vrouwen elkaar ’s avonds op de gangen tegenkomen en elkaar „net iets te leuk” vinden, vult Betty aan. Dat is niet goed voor het „therapeutische klimaat”.
Dingen die wel bijdragen aan een goed therapeutisch klimaat: het binnenzwembad („zwemmen is heel meditatief”), de voetbalveldjes (soms zijn er toernooitjes „want het is goed om ze te testen”) en de dieren („even eruit, even jezelf herpakken, even een dier aaien”).
:format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542231-78e597.jpg|https://images.nrc.nl/FB-qcAyVMoeLm49bDP8UhM8u2IQ=/1920x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542231-78e597.jpg|https://images.nrc.nl/QuHVE5rU25H0_6WKARtesPRmGVU=/5760x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542231-78e597.jpg)
Op diverse plekken op het vakantieparkachtige terrein kunnen cliënten werken. Er zijn moestuinen voor cliënten met groene vingers. Keukens. En ook diverse werkplaatsen met zwaar gereedschap. Zelfs de stoere cirkelzagen mogen cliënten gebruiken. Dat vond agogisch medewerker Edward – die ze daarin begeleidt – toen hij net bij Trajectum begon „doodeng”, geeft hij toe.
Inmiddels weet Edward hoe hij ontkiemend gevaar kan herkennen. De één verstopt zijn hoofd in zijn capuchon als-ie onrustig is. De ander begint met haar vingers op haar benen te trommelen. Met behulp van een kleurenschema helpt Edward cliënten op zo’n moment woorden te geven aan hun gevoelens.
Onder strikte begeleiding maken cliënten in Edwards domein tafeltjes en kastjes, kerststukken in december. De eindproducten worden verkocht op markten of aan medewerkers, de opbrengst gaat naar Trajectum. Cliënten zijn ‘oh zo trots’ als ze iets hebben gemaakt, zegt Edward. Ze vertellen hem dat ze het fijn vinden in de werkplaats. Hij leunt tegen een vogelhuisje. „Dat is waarom ik dit werk nog steeds doe.”
Cliënten kregen vroeger vaak weinig liefde en verzorging. Dat stapelt zich op: van ellende komt nog meer ellende
Hoe anders ging het twintig jaar geleden. Toen werden ‘zwakzinnigen’, zoals de overheid hen etiketteerde, nog met regelmaat en soms zelfs langdurig aan de muur vastgebonden. Pure onmacht, zegt De Wit. „Er zijn nu meer specialisten. En wat wij humaan vinden is heel erg veranderd. Ik heb nog op een afdeling gewerkt waar op zestig cliënten tien isolatiekamers waren – en die zaten altijd vol. Wij hebben hier 220 cliënten en ik denk dat we één of twee keer per week iemand afzonderen.”
„Mensen komen hier daadwerkelijk beter uit dan ze erin kwamen”, zegt De Wit trots. „Maar toekomstbestendig zijn de huidige financiële constructies niet. Op de jaarrekeningen ziet alles er keurig uit. Maar als je goed kijkt, zie je dat instellingen in de gehandicaptenzorg gewoon zijn gestopt met investeren.” Hij vergelijkt het met pleisters op pleisters plakken, zonder aan wondverzorging te doen. „Op een gegeven moment is de bodem wel bereikt en op dat punt zitten we in de sector nu. Het lukt nog nét. Maar er hoeft maar iets te gebeuren, of we kunnen het niet opvangen.”
:format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542290-66ba2a.jpg|https://images.nrc.nl/pz4gaBViaHgShL54nnCaFbvrfU4=/1920x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542290-66ba2a.jpg|https://images.nrc.nl/H3w39V6H-XcFtiXdmvk49bencF0=/5760x/filters:no_upscale():format(webp)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data128542290-66ba2a.jpg)
Lees ook
Eindelijk durfde L. weer iemand te vertrouwen. En toen moest de kliniek dicht/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2024/01/19141245/data110378990-add1d2.jpg)
nrc.nl