Trump kan niet rouwen
%3Aformat(jpeg)%3Afill(f8f8f8%2Ctrue)%2Fs3%2Fstatic.nrc.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2019%2F07%2Ffritshome.png&w=1280&q=100)
De uitvaartdienst voor Charlie Kirk in Glendale was de klefste, onwaarachtigste en weerzinwekkendste uitvaartdienst die ik ooit heb gezien. In de nacht van zondag op maandag heb ik er enkele uren via CNN naar gekeken, want als columnist moet je wat voor je lezers overhebben, vooral nu die regelmatig dankzij de tv-reclame van een ietwat timide meisjesstem te horen krijgen: „NRC brengt je verder.”
Graag zou ik ook de niet-NRC-lezers verder brengen, maar daar heb ik sinds die bijeenkomst voor Kirk een hard hoofd in. Wat er zo erg aan was? De kitsch van de opgelegde sentimentaliteit en de pseudo-religiositeit, gecombineerd met de valse politieke motieven. Hier werd de nagedachtenis van een vermoorde man geëxploiteerd voor politieke doeleinden. Dit uiteraard onder aanvoering van Donald Trump zelf, op wie de hele bijeenkomst was toegesneden: hij moest als laatste het droevige woord voeren.
Maar wat bleek? Iets wat we wel hadden kunnen voorvoelen: Trump weet niet wat rouw is. Rouw is hem vreemd. Rouw veronderstelt begaan zijn met het lot van anderen. Trump zal alleen rouw voelen als hij merkt dat ook hijzelf sterfelijk is, hij zal dan meteen zijn speechwriters instrueren over wat er wel en niet in de grafrede moet worden opgenomen: wel de successen, zeker als er een Nobelprijsje bij is, niet de nederlagen. Ook zal hij met satanisch genoegen de lijst van genodigden samenstellen: wel Poetin, Bolsonaro en Orbán, niet Biden, de Clintons en Zelensky.
Trumps drie kwartier durende rede in Glendale bestond, rammelend als altijd, uit twee bestanddelen: de verplichte, ongetwijfeld door anderen geschreven loftuitingen aan het adres van de dode die hij voorlas van de teleprompters, en de zelffelicitaties die hij al improviserend uitte. Dus dat het nog steeds „ongelofelijk goed” met het land gaat, en dat hij steden waar dat minder het geval was, zoals Chicago, wel even klein zou krijgen.
Over ‘martelaar’ Kirk praatte hij in de clichés die we al van anderen hadden gehoord: dat het een goed en godvruchtig man was geweest. Trump had Kirk persoonlijk gekend en ik vermoed dat hij hem een watje had gevonden, want hij liet duidelijk merken dat hij diens adagium ‘haat je tegenstander niet’ aan hem, Trump, niet besteed was: „Dat was ik niet met Charlie eens, ik haat mijn tegenstander, ik wil niet het beste voor ze, sorry.”
Het was een zeldzame vlaag van zelfinzicht. Ik moest even aan Wilders denken: ook zo’n hater. Het verschil is alleen dat Trump openlijk voor zijn haat uitkomt. Trump blijft ook de mensen steunen die hem in zijn haat volgen, hij haalt ze zelfs uit de gevangenis, terwijl Wilders de mensen die hij tot daden van haat inspireerde nu ‘tuig’ noemt, alsof hij niets met ze te maken heeft.
Het dieptepunt van de uitvaartdienst in Glendale was voor het slot bewaard. Trump liet de rouwende weduwe Kirk opdraven om zich samen met haar op het podium onder te dompelen in het dankbare gejuich en gejammer van de toekijkende menigte. Ook de weduwe leek er maar niet genoeg van te krijgen, steeds weer drukte ze zich aan tegen die genietende man die ze misschien wel als de nieuwe Verlosser zag – net als die tienduizenden volgelingen in dat stadion. Wat bezielt ze? God zal het weten.
NIEUW: Geef dit artikel cadeau Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.
nrc.nl