Binnen Formule 1: Hoe tv-uitzendingen worden gemaakt en de rol van Lenovo achter de schermen

Formule 1 draait niet alleen om eenzitters die snelheden van meer dan 300 km/u bereiken; het is een sport die miljoenen euro's per race genereert en jaarlijks wereldwijd door zo'n 1,5 miljard toeschouwers wordt bekeken. Achter dit spektakel schuilt een robuuste technologische infrastructuur, gebouwd op een solide samenwerking met technologiegigant Lenovo. Van de backrooms van het bedrijf tot het circuit: het is deze basis die ervoor zorgt dat alles werkt – en zich blijft ontwikkelen.
Amie Smith, hoofd van de IT-activiteiten (informatietechnologie) bij de Formule 1, werkt al bijna twaalf jaar bij de organisatie en heeft deze transformatie nauwlettend gevolgd. "Wij zijn verantwoordelijk voor het leveren van end-to-end ondersteuning, van onze kerninfrastructuur tot en met de laptops en mobiele apparaten die mensen in handen hebben", legt ze uit. "We zijn overal: aan de zakelijke kant, maar ook op de grond, tijdens evenementen", legde de Britse coureur uit tijdens een persconferentie voorafgaand aan de Grand Prix van Barcelona, waar Exame Informática aanwezig was.
Hoe worden televisie-uitzendingen uitgevoerd?Om de televisieproductie van elke Grand Prix te garanderen, reist een gespecialiseerd Formule 1-team tien dagen voor de start van elke Grand Prix naar het circuit, met alle benodigde apparatuur. In het Digital Content Centre (DCC) is de operatie verdeeld in verschillende secties en functies, en fungeert als een echt zenuwcentrum voor de verwerking van video, audio, telemetrie en andere technische gegevens.

Het DCC is via twee 10 gigabit per seconde-verbindingen verbonden met het operationele centrum in Biggin Hill, Verenigd Koninkrijk. Deze infrastructuur stelt de Formule 1 in staat om een internationale, op afstand werkende productiefaciliteit te onderhouden – een wereldprimeur die tijdens de pandemie werd geïmplementeerd, in een tijd waarin vergelijkbare experimenten alleen binnen de landsgrenzen bestonden. Omdat de productie in 4K plaatsvindt, worden de door de camera's vastgelegde beelden eerst naar het lokale centrum gestuurd voor verwerking en vervolgens deels teruggestuurd naar Biggin Hill voor integratie in de wereldwijde feed. De communicatie tussen de teams op beide locaties is constant, met monitoren die aan beide kanten realtime informatie weergeven, wat een collaboratieve omgeving bevordert.
De belangrijkste productieruimte is georganiseerd in rijen, met duidelijk gedefinieerde rollen. Op de eerste rij zitten de operators die verantwoordelijk zijn voor de beelden van de meer dan twintig camera's die verspreid over het circuit zijn geïnstalleerd. Slechts één van deze camera's wordt live naar het Verenigd Koninkrijk gestuurd: degene die wordt gebruikt voor de hoofduitzending. De track director, die deze ruimte bezet, volgt instructies op van de regisseur op Biggin Hill en coördineert met de lokale camera's om ervoor te zorgen dat het juiste shot wordt uitgezonden.

Op andere gebieden zijn er teams verantwoordelijk voor graphics, herhalingen, reclame en data-analyse. Eén team houdt bijvoorbeeld in de gaten hoe lang sponsorlogo's op het scherm worden weergegeven. Andere teams beheren mobiele camera's, zoals die in de pits of de hangende camera langs de pitstraat. Er is ook een team dat zich bezighoudt met het glasvezelnetwerk dat het hele circuit bestrijkt – een infrastructuur die zich tot wel 58 kilometer kan uitstrekken en die constant moet worden gemonitord om de integriteit van de signalen te garanderen.
Ook de telemetrie van de eenzitters wordt vanuit dit centrum beheerd. De gegevens worden in realtime verzameld, verwerkt en aan de teams geleverd, waardoor ze geen eigen systemen hoeven te installeren. Deze gegevens worden verwerkt in technische grafieken die in de transmissie worden gebruikt, zoals motortoerentallen, rem- of stuurhoeken.
Op technisch gebied worden de timingsystemen gedeeld tussen het DCC en Biggin Hill, waardoor de werklast verdeeld kan worden. De kern van de operatie wordt gevormd door een supervisieteam dat verantwoordelijk is voor de werking van de gehele infrastructuur – van de fysieke apparatuur tot de digitale systemen.
Dezelfde technologische infrastructuur ondersteunt de uitzendingen van Formule 1, Formule 2 en Formule 3, met enkele aanpassingen. De races in de lagere categorieën fungeren vaak als technische generale repetities, waardoor camera's en filmhoeken kunnen worden getest vóór de hoofdrace van het weekend.
Technisch gezien is Monaco, zoals verwacht, het meest veeleisende circuit. De stedelijke structuur en logistieke complexiteit maken elke operatie bijzonder delicaat – van het trekken van kabels door de openbare ruimte tot het vervangen van per ongeluk doorgesneden glasvezelkabels. Het lokale DCC opereert al enkele jaren vanuit een ondergrondse parkeergarage, waar de omstandigheden veeleisender zijn en de ruimte beperkt. Desondanks handhaaft het team een stabiele bedrijfsvoering, met de capaciteit om glasvezelkabels van meer dan een kilometer lang te vervangen wanneer dat nodig is.
Ondanks al deze complexiteit zijn de vertragingen in de datatransmissie minimaal. De verbinding tussen het DCC en Biggin Hill heeft een latentie van slechts 14 milliseconden en de feeds worden gesynchroniseerd om eventuele verschillen te compenseren. De grootste vertraging treedt op op de apparaten van kijkers, waarbij content ongeveer 45 seconden later arriveert vanwege distributienetwerken zoals Facebook. De regisseur heeft echter nog steeds direct toegang tot wat er op de baan gebeurt en kan in realtime reageren als er een incident is.
Kunstmatige intelligentie als de volgende curve voor Formule 1De Formule 1 investeert steeds meer in kunstmatige intelligentie (AI) en positioneert deze technologie als een van de belangrijkste investeringen voor de nabije toekomst van de sport. AI wordt op verschillende fronten getest, van het verhogen van de productiviteit tot het versnellen van realtime data-analyse – twee cruciale factoren in een zeer competitieve en informatiegedreven omgeving.
"We verkennen het potentieel van kunstmatige intelligentie duidelijk zeer intensief", zegt Amie Smith, directeur IT-operaties van de Formule 1. "Of het nu gaat om het verhogen van de productiviteit of het verbeteren van de analysesnelheid, AI is een van de gebieden waar we het meest in investeren."
Onder de lopende pilotprojecten valt de samenwerking met Lenovo op, gericht op het verbeteren van de videokwaliteit van live-uitzendingen. De manager beschrijft het proces als een echte teaminspanning: "We zitten met Lenovo om de tafel, bespreken wat we willen bereiken en zij helpen ons tien stappen verder te komen."
Ook op mobiliteitsniveau wordt onderzoek gedaan naar AI. Denk bijvoorbeeld aan de mogelijkheid om geavanceerde functionaliteiten te integreren in smartphones die tijdens raceweekends worden gebruikt. Dit moet de operationele communicatie op het circuit versterken.
Kalenderbewijs weerstandDe Formule 1-kalender brengt technische apparatuur naar enkele van de meest uiteenlopende en veeleisende locaties ter wereld – van woestijncircuits tot extreme klimaten en hoge luchtvochtigheid. Deze mobiliteit brengt aanzienlijke uitdagingen met zich mee voor de robuustheid van de hardware, die feilloos moet functioneren onder omstandigheden die veel verder gaan dan die van een traditioneel datacenter.
"We hebben meteen tegen Lenovo gezegd: 'We gaan dit ding meenemen naar temperaturen onder het vriespunt, we gaan ermee naar woestijnen, we gaan ermee stormen trotseren, en dan zetten we het op een vliegtuig naar de volgende locatie. En het moet elke keer werken'", herinnert Smith zich. Volgens haar zijn de eisen hoog, maar de respons is uitstekend. "We hebben nog geen problemen gehad. De veerkracht van Lenovo's hardware is uitzonderlijk."

Om extra risico's te beperken, werkt F1 met een hybride architectuur die cloudoplossingen als redundantie integreert. "We hebben een noodplan, maar gelukkig hebben we dat nog niet hoeven activeren", voegt hij eraan toe.
Minder energie, meer efficiëntieDe samenwerking met Lenovo heeft ook een impact op duurzaamheid. Door de inzet van efficiëntere hardware kon F1 het aantal apparaten in gebruik verminderen, wat het energieverbruik en de thermische belasting verlaagde, wat zich vertaalde in een verminderde behoefte aan koelsystemen.
Bovendien wordt ongeveer 95% van de vervangen hardware naar Lenovo's recovery service gestuurd, die zowel veilige dataverwijdering als verantwoorde recycling van componenten garandeert. "Het gaat hier niet alleen om elektronische duurzaamheid. Het is een echte milieu- en sociale betrokkenheid die we met Lenovo delen", aldus ze.
Klaar voor de toekomstMet de toetreding van nieuwe teams, zoals Cadillac in 2026, en de komst van grondig herziene technische reglementen, wordt verwacht dat de hoeveelheid en complexiteit van de data zal blijven toenemen. De Formule 1-organisatie acht zich echter voorbereid om deze evolutie bij te benen.
"Voor ons is het business as usual", zegt Amie Smith. "We zijn gewend aan verandering en staan klaar voor alles wat op ons pad komt." Onze opgebouwde ervaring, gevestigde infrastructuur en voortdurende samenwerking met technologiepartners zoals Lenovo en Amazon Web Services zorgen ervoor dat het systeem klaar is om aan toekomstige eisen te voldoen, waardoor de Formule 1 voorop blijft lopen in de wereldwijde sporttechnologie.
Visao