Toezichthouder op mededinging pleit voor versoepeling regels buitenlands eigendom in luchtvaartsector

Het Bureau voor Mededinging roept op tot veranderingen om het concurrentievermogen van de Canadese luchtvaartindustrie te verbeteren. Daartoe behoort ook het versoepelen van de regels die momenteel beperkingen opleggen aan buitenlands eigendom van Canadese luchtvaartmaatschappijen.
De toezichthouder benadrukte donderdag in een 117 pagina's tellend marktonderzoek dat de Canadese luchtvaartindustrie zeer geconcentreerd is, met twee grote luchtvaartmaatschappijen — Air Canada en WestJet — die de binnenlandse markt domineren.
Volgens het rapport concurreren die luchtvaartmaatschappijen minder rechtstreeks met elkaar dan zes jaar geleden. WestJet bediende minder binnenlandse vluchten op oostelijke luchthavens en Air Canada bediende minder binnenlandse vluchten op westelijke luchthavens.
Meer concurrentie zou leiden tot lagere tarieven en een hogere kwaliteit van dienstverlening, terwijl een grotere transparantie rond prijzen reizigers zou helpen beter geïnformeerde beslissingen te nemen bij het zoeken naar vluchten, aldus het agentschap.
Volgens de waakhond vormen de huidige beperkingen in Canada op buitenlands eigendom van luchtvaartmaatschappijen eveneens een belemmering voor de concurrentie. Door deze beperkingen te versoepelen, wordt het voor nieuwere, kleinere luchtvaartmaatschappijen gemakkelijker om financiering uit andere bronnen te verkrijgen.
Er werd geadviseerd om buitenlandse bedrijven volledig eigenaar te laten worden van Canadese luchtvaartmaatschappijen die alleen binnenlands opereren. Daarmee zou een 'nieuwe klasse luchtvaartmaatschappijen' ontstaan die wereldwijde expertise en kapitaal aantrekt.
Het bureau stelde ook voor om individuele internationale investeerders een groter deel van de stemrechten in Canadese luchtvaartmaatschappijen te geven. Het percentage zou dan verhoogd worden van 25 procent naar 49 procent.
John Gradek, hoogleraar luchtvaartmanagement aan de McGill-universiteit, zei dat er een prijs betaald zal worden als de overheid de regels rondom buitenlands eigendom van luchtvaartmaatschappijen versoepelt.
"De beslissingen die genomen gaan worden door luchtvaartmaatschappijen die een aanzienlijke invloed uitoefenen door buitenlandse [eigenaren], zijn mogelijk niet in het beste belang van de Canadezen", zei hij.
Vergroting van de luchtreiscapaciteit in afgelegen gebiedenHet Bureau voor Mededinging merkte op dat noordelijke en afgelegen gemeenschappen specifieke problemen ondervinden als het gaat om vliegreizen, omdat het voor de meeste luchtvaartmaatschappijen niet rendabel is om te vliegen in regio's die kleinere, meer afgelegen bevolkingsgroepen bedienen en waar de infrastructuur voor vliegreizen ontbreekt.
Volgens Gradek worden Canadezen, vooral zij die in secundaire markten wonen, niet goed bediend door de huidige stand van zaken in de luchtvaartindustrie. Hij voegde daaraan toe dat het introduceren en handhaven van diensten op die markten — tegen een redelijke prijs — een grote uitdaging is.
"Als je in Sault Ste. Marie woont, of in Medicine Hat, of in Yarmouth... dan zit je in de problemen als je op een vlucht wilt stappen. En het kost je een rib uit je lijf om ergens in Canada te komen," zei hij.
Het Bureau voor Mededinging adviseert de oprichting van een nationale werkgroep die zich richt op luchtvervoer in afgelegen gebieden. In totaal deed de werkgroep tien aanbevelingen om de concurrentie te verbeteren, waaronder:
- Het schrappen van clausules die ervoor zorgden dat er maar één luchthaven in een lokaal gebied internationale vluchten mocht aanbieden.
- Verbetering van de publieke toegang tot gegevens over de luchtvaartindustrie, bijvoorbeeld over de kwaliteit van luchtvaartmaatschappijen.
- Een evaluatie van de wijze waarop luchthavens worden beheerd en gefinancierd.
Het stelde ook voor om de bevoegdheid van de minister van Transport om bepaalde onderdelen van het fusieproces tussen luchtvaartmaatschappijen te negeren, te beperken. CBC News heeft het ministerie om een verklaring gevraagd.
Het succes van de kleinere luchtvaartmaatschappijen Porter en Flair verbetert het speelveld, aldus het rapport. Air Canada en WestJet hebben sinds 2019 allebei te maken gehad met toegenomen concurrentie van ten minste één van deze kleinere luchtvaartmaatschappijen, aldus het rapport.
"De geschiedenis van de toetreding en het vertrek van luchtvaartmaatschappijen suggereert echter dat deze concurrentievoordelen kwetsbaar blijven, vooral tijdens economische schokken", waarschuwde het bureau.
CBC News heeft contact opgenomen met WestJet en Air Canada voor een reactie.
De problemen waarmee de Canadese luchtvaartindustrie kamptHet Bureau voor Mededinging startte zijn onderzoek afgelopen juli en riep Canadezen op contact op te nemen met het bureau en hun mening te delen. Air Canada en WestJet werden afgelopen najaar door een federale rechtbank bevolen informatie te verstrekken voor het marktonderzoek.
Consumentenorganisaties en experts uit de sector maken zich al jaren zorgen over het gebrek aan concurrentie in de luchtvaartsector. Sommigen beweren zelfs dat de dominante positie van Air Canada en WestJet neerkomt op een duopolie.
Sommige reizigers uitten hun frustratie over de hoge kosten van binnenlandse vluchten, met extra kosten en toeslagen waardoor de prijs van een ticket boven het basistarief uitkomt.

Bovendien hebben ontevreden reizigers de afgelopen jaren een recordaantal klachten ingediend over de staat van het luchtverkeer. Afgelopen voorjaar bereikte de achterstand een nieuw hoogtepunt.
Ondertussen zijn veel kleinere budgetluchtvaartmaatschappijen in het land failliet verklaard of hebben ze faillissement aangevraagd, waaronder Lynx Air en Canada JetLines. Ook nieuwere luchtvaartmaatschappijen zijn niet van de grond gekomen, zoals Swoop, eigendom van WestJet, dat uiteindelijk werd opgenomen in de kernactiviteiten van het moederbedrijf.
cbc.ca