Witte Huis herplaatst monument na antiracismeprotesten

De Amerikaanse minister van Defensie Pete Hegseth kondigde de herplaatsing aan van een monument nabij Washington. Het monument was verwijderd na protesten van de antiracistische Black Lives Matter-beweging.

Het Confederate Memorial bevindt zich op de militaire begraafplaats van Arlington en eert de strijders van de Geconfedereerde Staten, verdedigers van de slavernij, die tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865) zijn gesneuveld.

Het “prachtige en historische beeld” zal “op gepaste wijze terugkeren naar Arlington National Cemetery”, kondigde Hegseth dinsdag aan.

"Het had nooit door woke -schapen verwijderd mogen worden. In tegenstelling tot links geloven wij niet dat we de Amerikaanse geschiedenis moeten uitwissen; wij eren die," benadrukte de leider van het Pentagon.

Sinds Donald Trump in januari terugkeerde als president van de VS, voert de Amerikaanse regering een strijd tegen initiatieven die zij ziet als onderdeel van de woke -ideologie. Conservatieven gebruiken deze term op pejoratieve wijze om te hekelen wat zij beschouwen als buitensporige militantie ten gunste van met name minderheden.

De bronzen delen van het monument werden in 2023 verwijderd, drie jaar na de antiracistische protesten van de Black Lives Matter-beweging, die ontstonden na de moord op de Afro-Amerikaan George Floyd door een blanke politieagent.

De beweging leidde tot grote debatten over racisme en de aanwezigheid in de openbare ruimte van symbolen uit het slavenverleden van het land.

Daaronder bevond zich volgens activisten het Arlington-monument, dat een ‘nostalgische en gemythologiseerde visie’ op de Confederatie presenteerde en ‘zeer afgezwakte voorstellingen van slavernij’ bevatte, aldus de website van de begraafplaats.

Maar Trump heeft dit verleden weer opgeëist. Zo kondigde hij in juni aan dat een aantal militaire bases hernoemd zouden worden naar voormalige namen die verbonden waren met generaals van de Confederatie.